Osteoporose (botontkalking), wat komt van de combinatie van de Griekse woorden osteon (bot) en poros (gaatje), is een veel voorkomende metabolische botziekte. Osteoporose, die meestal begint na de leeftijd van 45 jaar en in incidentie toeneemt met de leeftijd ; Het is een van de veel voorkomende aandoeningen tijdens de menopauze met de afname van het oestrogeenhormoon. In het lichaam Bij osteoporose worden botten die normaal gezond, dicht en sterk zijn, dunner en verliezen hun dichtheid en worden broos. Als de nodige voorzorgsmaatregelen niet worden genomen, worden de botten zwakker en dunner, wat leidt tot een verhoogd risico op breuken.
Risicofactoren voor osteoporose
- Onvoldoende calciuminname (menopauze of kindertijd)
- onvoldoende inname van diverse vitaminen en mineralen (zoals magnesium, zink, koper, fluoride, vitamine C, K, A)
- Overmatige consumptie van eiwitten, natrium, cafeïne, alcohol, roken
- Sedentair leven
- gebruik van bepaalde geneesmiddelen zoals steroïden (vaak gebruikt bij de behandeling van astma en artritis) en schildklierhormoon (in zeer hoge doses)
- Vroege menopauze (vóór de leeftijd van 45 jaar)
- Genetische factoren
Diagnose van Osteoporose
Bij osteoporose, dat wordt gedefinieerd als een neiging tot botbreuken die zich ontwikkelt met een lage botdichtheid en verslechtering van de botstructuur, wordt de diagnose gesteld door kwantitatieve meting van de botmineraaldichtheid. De meting van de botdichtheid, die voor de patiënt moeiteloos en voordelig is, is een methode die nauwkeurige en precieze resultaten geeft over de botmassa. Het belangrijkste doel van de meting is het meten van de hoeveelheid mineraalverlies in het bot.
Bij vrouwen met een hoog risico op osteoporose in de menopauze wordt de botdichtheid 1 keer per jaar gemeten, en bij vrouwen met een laag risico 2 keer per jaar. De frequentie van de procedure kan echter variëren afhankelijk van het verloop van de ziekte en de behandelingsmethode die op de patiënt wordt toegepast.
Behandeling en preventie van osteoporose
Bij de behandeling van osteoporose krijgt de patiënt geneesmiddelen die de botafbraak verminderen (calcium, bisfosfonaten, raloxifeen, calcitonine en hormoonvervanging) en geneesmiddelen die de botstructuur vergroten (fluor, bijschildklierhormoon, vitamine D). Daarnaast is het uiterst belangrijk dat de patiënt op zijn voeding let, een dieet eet dat rijk is aan calcium en vitamine D, voldoende profiteert van zonnestralen en veel beweegt en sport om zowel de ziekte te voorkomen als de ernst van de bestaande ziekte te verminderen.